Zwembadbouw: welke regelgeving?
Gewijzigd op: 10 april 2025 - Leestijd: 3 minuten
Regelgeving zwembad: benodigde vergunningen en geldende regels

Wie een zwembad, zwemvijver of siervijver wil aanleggen bij een woning, heeft in principe een omgevingsvergunning nodig. Er bestaan echter uitzonderingen waarbij een vrijstelling van toepassing is. In die gevallen mogen de werken worden uitgevoerd zonder dat vooraf een vergunningstraject doorlopen moet worden. In dit artikel bespreken we in welke gevallen u al dan niet een omgevingsvergunning nodig heeft.
Vergunning nodig of vrijgesteld?
Wilt u een zwembad, zwemvijver of siervijver aanleggen? In de meeste gevallen is daarvoor een omgevingsvergunning vereist. Toch zijn er ook situaties waarin u vrijgesteld bent van deze vergunningsplicht.
Het is belangrijk om vooraf goed na te gaan of uw project in aanmerking komt voor zo'n vrijstelling.
Voorwaarden voor vrijstelling van vergunningsplicht
Onderstaande voorwaarden moeten allemaal vervuld zijn om vrijstelling te genieten:
- De totale oppervlakte van niet-overdekte constructies (zoals zwembaden, siervijvers, opritten, tuinpaden, terrassen of zonnepanelen) in de zij- en achtertuin mag samen niet meer dan 80 m² bedragen.
- De constructies: mogen geen bouwvolume hebben, maximaal 1,5 meter boven het maaiveld uitsteken, moeten minstens 1 meter van de perceelsgrens blijven, minder dan 30 meter van de woning liggen, mogen niet in een kwetsbaar gebied worden geplaatst. Een zwembad mag aangesloten worden op de riolering via een overloop.
Wat mag niet in strijd zijn?
Uw project mag niet botsen met:
- Voorschriften van ruimtelijke plannen, zoals: een bijzonder plan van aanleg (BPA), een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP), een verkavelingsvergunning van minder dan 15 jaar oud, tenzij deze werd opgenomen in een gemeentelijke lijst waarin de Vlaamse vrijstellingsregeling primeert.
- Stedenbouwkundige verordeningen van het gewest, de provincie of de gemeente. Let op: De gewestelijke hemelwaterverordening kan u verplichten om een infiltratievoorziening te voorzien bij nieuwe verhardingen.
- Bestaande voorwaarden uit vroegere vergunningen (stedenbouwkundig of omgevingsgerelateerd).
- Andere wettelijke bepalingen, zoals: erfdienstbaarheden (zoals toegang tot wegen of waterlopen), bepalingen uit het burgerlijk wetboek (zoals afstanden tot perceelsgrenzen of gemene muren), natuurwetgeving.
Wat kan de gemeente beslissen?
Een gemeente kan ervoor kiezen om de geplande ingreep alsnog meldings- of vergunningsplichtig te maken en bijkomende voorwaarden op te leggen. Informeer dus altijd bij uw gemeente vóór u begint met de werken.
Let op: erfgoedwaarden
Ook wanneer uw project in aanmerking komt voor een vrijstelling, gelden er extra regels voor erfgoedlocaties.
Voor werken op percelen met beschermde monumenten, beschermde cultuurhistorische landschappen of aangeduide erfgoedlandschappen, beschermde stads- of dorpsgezichten, beschermde archeologische monumenten, is vooraf een machtiging van het Agentschap Onroerend Erfgoed vereist.
Controleer dus altijd of uw perceel onder een erfgoedbescherming valt voordat u start met de werken.
Conclusie
Vrijstellingen zijn mogelijk, maar enkel onder strikte voorwaarden. Voldoet uw project hier niet aan? Dan is een vergunning noodzakelijk. Neem bij twijfel altijd contact op met uw gemeente of een expert in ruimtelijke ordening.